NEXT. GENERATION - VADER EN ZOONS REINDS

LUDWIG MAAS
AARDAPPELTELER EN VADER
“Na het afronden van school in 1980 ben ik direct thuis in het bedrijf gaan werken. Mijn vader was toen al op leeftijd, dus hebben we in de beginjaren nog samen kunnen werken. In 1987 ben ik getrouwd met mijn vrouw Monique en is zij ook in de maatschap toegetreden.”
“Mijn vader wilde dat ik advocaat werd of boekhouder. Dat verdient stukken beter. Maar dat zat er niet in. Het was trekker rijden en het akkerbouwbedrijf runnen.”
“In de malaise van de jaren ‘90 zijn we hier gestart met pootaardappelen. Firma Meijer heeft toen het initiatief genomen om de pootaardappelteelt naar het zuiden te krijgen. Van oudsher werden pootaardappelen geteeld in het noorden en Noord-Holland. Daar zaten ook de handelshuizen. In ons gebied hadden we alleen consumptieteelt. 1991 was het eerste jaar dat ik ook pootaardappelen had, samen met mijn buurman Hugo die ook mijn beste vriend is. We hadden een paar hectare. Het eerste jaar was grotendeels mislukt. Al doende leert men,
dus we hebben het toch weer geprobeerd.”
“Je moet ook geluk hebben, dat je meedoet met de goede rassen. Het allerbelangrijkste is de uitbetaling, wat voor rassen je ook teelt.”
“We hebben hier in het zuiden een manco ten opzichte van het noorden. We komen nooit aan die kilo’s. We zitten altijd aan de onderkant van het gemiddelde.”
“Samenwerken is een groot goed. En dat hebben mijn buurman en ik goed gedaan. Mijn buurman had geen bedrijfsopvolging en op het moment dat de jongens allebei in het bedrijf kwamen, was Hugo blij dat wij geïnteresseerd
waren in zijn bedrijf.”
“Ik ben er trots op dat ze het bedrijf allebei willen voortzetten.”


MAIK EN YOURI MAAS
AARDAPPELTELERS EN ZONEN
Maik: “Voor Agrico telen we Agria, Riviera, Fontane en Napoleon. Riviera is een heel vroeg ras. Kort groeiseizoen. En dat is makkelijk. We zoeken de rassen ook wel een beetje uit op het verschil tussen de afzetmarkten. Hierdoor kunnen we de risico’s spreiden. Als het dan ergens slecht gaat, dan zit je daar niet met al je pootaardappelen bij.”
Youri: “Het zorgt ook voor spreiding in afleveren. We kunnen niet alles in maart afleveren en ook niet alles in december.”
Maik: “Onze core business ligt nog steeds bij pootaardappelen. En dat gaat waarschijnlijk ook wel zo blijven, want daar hebben we ook in geïnvesteerd (red. De VOF heeft een mooi machinepark en recent geïnvesteerd in een Schouten
schudsorteerder met een Schouten leeskamer en het geheel is eind dit jaar aangevuld met een nieuwe Optica Q optische kwaliteitssorteerder van Schouten). Consumptieaardappelen is een soort hobby erbij.”
Youri: ”We willen graag verder gaan met de pootaardappelteelt. Het machinepark dat we hebben, de sorteerlijn; alles is er op ingericht. En eigenlijk weten we ook niet anders dan pootaardappelteelt.”
Samenwerken met hun vader?
Maik: “Hij heeft wel eens moeite om de touwtjes los te laten. Dan moet je er wel eens aan trekken. Soms botst het wel eens. Overigens hebben we nooit ruzie, geen van ons allen.”
Youri: “Ik denk dat we prima samen kunnen werken. Met elkaar is het leuk en soms is het ook fijn om even wat anders te doen.”
Maik: “Pootaardappelen telen is een uitdaging. De teelt van pootaardappelen vraagt meer aandacht en energie die je erin moet stoppen, zodat je een goed product weg kunt zetten. Maar ook de contacten die je ermee krijgt, zorgen ervoor dat het leuk is.”
Youri: “Ik vind het ook altijd wel leuk om te weten waar onze aardappelen naartoe gaan. De afwisseling in het werk bij pootaardappelteelt is ook leuk. In de toekomst willen we alles zelf blijven doen, dus fors groeien is niet iets dat we gaan doen.”
Maik: “We gaan zeker niet stilstaan. We willen wel mee blijven doen met alle nieuwe technieken die in onze sector worden geïntroduceerd.”
Maik: “Als je mij tien jaar geleden had gezegd waar we nu staan met het bedrijf, dan weet ik zeker dat we niet ontevreden waren geweest.”